Politieke vragen volgens artikel 55 van het Reglement van Orde

VVD Molenlanden stelt bijgaande vragen aan het College naar aanleiding van publicaties in het Algemeen Dagblad van 29-10-2024 en op de website van het Kontakt op 1 november 2024, Daarin staat vermeld dat de MER-commissie van de provincie Zuid-Holland adviseert om niet naar mogelijkheid van de plaatsing van kleine windturbines te kijken maar onverkort in te zetten op grote winturbines in het RES-gebied van de gemeenten Molenlanden en Gorinchem. De provincie is dus niet van plan te kijken naar de optie van het inzetten van kleine windturbines. De VVD-fractie is geschrokken van deze publicatie. Van meet af aan was VVD Molenlanden tegen plaatsing van grote windturbines in onze polder. Nu alternatieven blijkbaar niet acceptabel zijn, moeten (bestuurlijke) wegen gevonden worden om plaatsing van een fors aantal turbines tot een hoogte van 285 meter te voorkomen.

Het college wordt verzocht de volgende vragen te beantwoorden:

·       Nut en noodzaak om onderzoek door te zetten.

Vraag 1: Heeft het wel zin om het onderzoek naar alternatieven voor grote windturbines (tot 285 meter hoogte) dat wij als gemeenten Gorinchem/Molenlanden op dit moment uitvoeren door te zetten, als de provincie niet bereid lijkt te zijn om deze mee te nemen in het OER onderzoek en daarmee tot een invulling te komen van het RES-bod?

·       De MER-commissie stelt dat beide gemeenten zich in het opstellen van de long- en shortlistlocaties te veel hebben beperkt en dat er ook naar locaties dichtbij Natura2000 gebieden gekeken had moeten worden. In het artikel wordt o.a. het Lingegebied en de Diefdijk Zuid genoemd, omdat daar de vogels en vleermuizen niet in het geding zouden zijn.

Vraag 2: Welke mening heeft ons College over dit punt?

·       We lezen in het advies van de MER-commissie de volgende passage: ‘De provincie Zuid-Holland wil daarnaast lokale ondernemers in de provincie meer ruimte geven voor plaatsing van (hogere) kleine windturbines. Deze windturbines zijn nu al mogelijk buiten bestaand stads- en dorpsgebied tot 15 meter as-hoogte. Het plan is om deze te verhogen tot 30 meter as-hoogte (tiphoogte ongeveer 50 meter). Doordat de provincie heeft besloten om de keuze daarover door te schuiven, zal dit nu geen onderdeel uitmaken van de aanpassing van de verordening, van de OER en daarmee van dit advies.’

Vraag 3: Welk effect heeft het (mogelijke) besluit van de Provincie om de keuze hierover door te schuiven? Denk (bijvoorbeeld) aan effecten op de haalbaarheid van kleine en middelgrote windturbines als alternatief voor de mega-windturbines waaraan nu door onze ambtenaren wordt gewerkt. Graag ontvangen wij de reflectie hierop van het College.

·       Andere (bestuurlijke) wegen.

Vraag 4: Welke opties ziet het College om te voorkomen dat een fors aantal van de mega-turbines in de Alblasserwaard geplaatst gaan worden en kunt u duiden welke u het meest kansrijk acht?

Arno van den Hof, VVD-fractie Molenlanden

* Politieke vragen volgens artikel 55 van het Reglement van Orde