Onderstaand kunt u de beschouwing lezen, die Bert Snoek tijdens de meningsvormende avond op 4 november 2019 namens VVD Molenlanden gaf op de begroting van de gemeente Molenlanden voor 2020. Hierin kunt u ook een toelichting lezen op de motie die VVD Molenlanden tijdens de besluitvormende raad op 12 november wil gaan indienen.
Voorzitter,
Ik heb onze tekst van de Kadernota er nog eens op nageslagen. Veel daarvan hebben wij in de financiële vertaling in deze begroting teruggevonden. In deze begroting vinden wij daarnaast ook een fors deel van onze 13 ambities vanuit de verkiezingen terug. Niet allemaal. Maar daarin past bescheidenheid en respect voor de verkiezingsuitslag.
Onze gemeente heeft een begroting van pakweg € 100 mln. De begroting komt ongeveer op nul uit. Voor de post onvoorzien is € 100.000 opgenomen. Oftewel 0,1%. De VVD constateert daarbij dat alleen de zekere uitgaven zijn opgenomen. Daarmee wordt bedoeld dat voor de onderwerpen waar nog geen besluit over is genomen, ook geen bedrag is opgenomen in de begroting. Wij hebben in de Auditcommissie gevraagd om een overzicht van die onderwerpen. Naast de mogelijk nieuwe huisvesting voor onze ambtenaren werd het voorbeeld van Kinderdijk aangestipt. We weten dat daarvoor plannen in de maak zijn, maar er hangt nog geen prijskaartje aan en daarom is er geen budget voor opgenomen.
Wij willen in de huidige constellatie en in meerjarenperspectief minimaal op nul uitkomen. Daar houden wij als VVD ook strikt aan vast. Dat betekent dat er geen geld is voor nieuw beleid en nieuwe investeringen die de exploitatierekening beïnvloeden. Tenzij er elders wordt bezuinigd of omgebogen. Dat vinden wij een lastig punt. We weten dat er nog een aantal dossiers aankomen waar geld voor nodig is, terwijl daar op voorhand geen ruimte voor is in de begroting.
De koersnotitie bezuinigingen vinden wij hoopvol. Gezien het voorgaande is het daarom niet meer dan logisch om te bezuinigen. Bezuinigingen om ook na 2020 op een sluitende begroting uit te komen. En bezuinigen om financiële ruimte te creëren voor noodzakelijk beleid waarvan de inhoud en de financiële impact op dit moment nog niet bekend is. Bezuinigingen en ombuigingen zijn dus onontbeerlijk. Op die manier kunnen we, en moeten we naar onze opinie, financiële ruimte creëren voor zaken die in en na 2020 op ons bordje zullen komen. De post onvoorzien van € 100.000 zal daar zeker niet toereikend voor zijn.
Het getuigt overigens van Alblasserwaardse realiteitszin dat het College in deze begroting en op dit moment geen invulling geeft aan het kosteloos verstrekken van identiteitsbewijzen. Voor niets gaat immers alleen de zon op en zoiets op dit moment doorvoeren is niet alleen ad-hoc beleid, maar is ook weinig realistisch gezien de opgave waarvoor wij in ons meerjarenperspectief staan.
We zijn verheugd dat er zoveel punten uit het samenlevingsprogramma terug te zien zijn in de begroting. Ik wil daar het college mee complimenteren. Maar we constateren tegelijkertijd dat de begroting kwetsbaar is. Als het even tegen zit, duiken we in de min. En daar moeten we echt voor waken. Die kwetsbaarheid blijkt ook uit de grote afhankelijkheid van de Gemeenschappelijke Regelingen waarin we deelnemen. De invloed daarop is beperkt. Vanuit het college maar zeker ook vanuit de Raad. Het is lastig dat dit, niet onaanzienlijk aandeel in onze begroting, nauwelijks te beïnvloeden is. Niet meer dan een constatering, maar toch.
Een ander punt dat de VVD in dit kader wil aanstippen is de grondexploitatie. Onze gemeente is relatief gezien weinig actief op dit vlak. Als we zien welke bedragen daarin kunnen omgaan, en welke risico’s ook andere gemeenten daarin lopen, dan vinden wij dat de gemeente de huidige terughoudendheid consequent vast moet houden.
Waar wij met nadruk wel aandacht voor vragen is de gezondheid van onze inwoners. En dan doel ik vooral op het actief zijn. Actief in sportief opzicht. Actief zijn als individu en/of in verenigingsverband. Natuurlijk zijn er allerlei activiteiten die wij als gemeente subsidiëren en ondersteunen. Maar het is blijkbaar niet genoeg. Recente publicaties leren ons dat Molenlanden slecht afsteekt bij het landelijk gemiddelde als we spreken over het percentage NIET-sporters onder volwassenen. Landelijk is dat cijfer 48,7. Wij noteren 57,4. Bijna 9 procent slechter. Niet-sporten heeft veel, heel veel negatieve effecten voor onze samenleving. Daarom willen we een extra impuls geven aan bewegen. Wij willen een meer structurele invulling geven om sporten te promoten in onze gemeente. Dit in aanvulling van wat o.a. GiGa aanbiedt aan allerlei activiteiten.
In 2020 is een onderzoek voorzien omdat we blijkbaar beschikken over een eenmalige subsidie van VWS (Volksgezondheid, Welzijn en Sport). Vooruitlopend op de uitkomsten van dit onderzoek willen wij aangeven dat een groot voorstander zijn van het instellen van een Molenlandse Sportraad en dat we denken aan het uitgeven van een sportcheque aan onze inwoners die een eventuele financiële drempel om te gaan sporten, kan helpen te verlagen. Beide instrumenten kunnen helpen om onze achterstand in te lopen en ook helpen om een ambitie neer te zetten om ver boven het landelijk gemiddelde uit te komen. Bewegen en actief sporten zijn ideale dossiers om preventief te kunnen investeren in onze samenleving. Wij zijn voornemens om daar in de Besluitvormende Raad een motie voor in te dienen.
Terug op de hoofdlijn van mijn bijdrage.
We zien tot onze vreugde voor 2020 een sluitende begroting. Gezien de vooruitzichten voor de jaren daarna, gezien het feit dat uitsluitend zekere uitgaven zijn meegenomen, gezien de beperkte post onvoorzien en gezien de afhankelijkheid van de gemeenschappelijke rekeningen dringen wij aan op een blijvende financiële vinger aan de pols.
Vanuit deze beschouwing kunt u concluderen dat de VVD-fractie instemt met de voorliggende begroting.